Import en verwerking van koolzaadlijn MON88302xMs8xRf3
De COGEM is gevraagd te adviseren over een vergunningaanvraag voor import en verwerking van genetisch gemodificeerd (gg-)Koolzaad MON88302xMS83xRF3. De koolzaadlijn is tolerant voor glyfosaat en glufosinaat bevattende herbiciden en beschikt over een gecontroleerd bestuivingsmechanisme.
De COGEM is van mening dat de moleculaire karakterisering van MON88302xMS83xRF3 volledig is. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat de geïntroduceerde eigenschappen het verwilderingpotentieel van MON88302xMS83xRF3 vergroot. Wel bieden de ingebrachte eigenschappen een selectief voordeel op locaties waar herbiciden worden gebruikt voor onkruidbestrijding, zoals langs spoorwegen.
Door het morsen van zaden komen in Nederland koolzaadpopulaties voor langs transportroutes en bij overslagstations. Koolzaad kan kruisen met zijn wilde verwant Raapzaad. De COGEM kan op voorhand niet uitsluiten dat er door uitkruising op termijn ''stapeling'' van transgene eigenschappen in koolzaadplanten kan optreden. Een mogelijke combinatie van transgene eigenschappen of een mogelijke interactie tussen producten van deze transgenen zouden tot een potentieel schadelijk milieu-effect kunnen leiden.
De COGEM beschouwt monitoring in de vorm van general surveillance (GS) als het geëigende instrument om dergelijke indirecte potentieel schadelijke milieueffecten te identificeren. Daarom acht zij het noodzakelijk dat er bij de importvergunning van gg-koolzaadlijn MON88302xMS83xRF3 een monitoringsverplichting in de vorm van GS opgenomen wordt die zich richt op locaties waar de kans het grootst is wilde gg-koolzaadpopulaties aan te treffen, zoals langs spoorwegen. Indien gg-koolzaad wordt waargenomen, dient er ook monitoring van in de buurt liggende raapzaadpopulaties plaats te vinden op de aanwezigheid van transgene eigenschappen. De COGEM is van mening dat het monitoringsplan van MON88302xMS83xRF3 verbeterd moet worden alvorens er een markttoelating voor import van deze koolzaadlijn afgegeven wordt.