Hernieuwing vergunning voor import van de genetisch gemodificeerde koolzaadlijn GT73
De COGEM is gevraagd om te adviseren over de hernieuwing van de vergunning voor import van de genetisch gemodificeerde (gg-) koolzaadlijn GT73.
De koolzaadlijn is door toevoeging van de genen cp4 epsps en goxv247 tolerant voor glyfosaat bevattende herbiciden. De aanvraag voor de hernieuwing bevat onder andere geactualiseerde bioinformatische analyses, een recente literatuurreview en de resultaten van de verplichte ‘post-market environmental monitoring’. Hieruit komen geen nieuwe inzichten over mogelijke risico’s voor mens en milieu naar voren. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat de geïntroduceerde eigenschap het verwilderingspotentieel van de gg-koolzaadlijnen vergroot, behalve op locaties waar glyfosaat wordt gebruikt.
Door het morsen van zaden kan er opslag optreden en komen er in Nederland koolzaadpopulaties voor langs transportroutes en bij overslagstations. Koolzaad kan kruisen met zijn wilde verwant Raapzaad. De COGEM kan op voorhand niet uitsluiten dat als gevolg van ‘gene flow’ op termijn ''stapeling'' van transgene eigenschappen in koolzaad- en raapzaadplanten kan optreden. Een mogelijke combinatie van transgene eigenschappen of een mogelijke interactie tussen producten van deze transgenen zou potentieel tot een schadelijk milieueffect kunnen leiden. Daarom acht de COGEM het noodzakelijk dat er bij import van gg-koolzaadlijnen verplicht gemonitord wordt op locaties waar de kans het grootst is wilde gg-koolzaadpopulaties aan te treffen, zoals langs spoorwegen. De COGEM is van mening dat een dergelijk monitoringsplan moet worden geïmplementeerd alvorens de vergunning voor import van GT73 kan worden hernieuwd.