Classificatie humaan- en dierpathogene parasieten
De ‘lijst van pathogene micro-organismen en agentia’ is een lijst met de classificatie van pathogene bacteriën, schimmels, parasieten en virussen. Deze lijst wordt veelvuldig gebruikt bij de vergunningverlening van werkzaamheden met ggo’s.
Naar aanleiding van de voorgenomen herziening van het Besluit ggo en de Regling ggo door het ministerie van IenM, is de COGEM gevraagd om de lijst met pathogene micro-organismen tegen het licht te houden en de classificatie van de bacteriën, schimmels, parasieten en virussen te toetsen aan de huidige wetenschappelijke kennis.
In het advies heeft de COGEM de classificatie van de parasietensectie bijgewerkt en aangepast aan de hedendaagse inzichten. Er zijn daarbij vier externe deskundigen op het gebied van de humane en veterinaire parasitologie geraadpleegd. In de bijgewerkte parasietensectie zijn alleen die parasieten opgenomen, die als gastheer dan wel als donor in de lopende vergunningen voor ggo-werkzaamheden toegepast worden. Het gaat om een breed bereik aan organismen zoals ééncelligen, wormen en geleedpotigen, en omvat zowel humaan- als dierpathogene parasieten.
Afgezien van één parasiet zijn de pathogeniteitsklassen in deze bijgewerkte lijst niet gewijzigd. Voor Plasmodium falciparum adviseert de COGEM een hogere pathogeniteitsklasse aan te houden en de parasiet te classificeren als een klasse 3 pathogeen.
Daarnaast zijn aan de lijst vier parasieten toegevoegd die niet eerder waren geclassificeerd: Fasciola hepatica, Leishmania infantum, Leishmania mexicana en Rhipicephalus (Boophilus) microplus. De COGEM adviseert deze parasieten in pathogeniteitsklasse 2 op te nemen.
De COGEM merkt op dat parasieten een groep van organismen omvatten die in grootte kunnen variëren van micrometers (ééncelligen) tot meters (bepaalde lintwormen). Daarom adviseert zij de ‘lijst van pathogene micro-organismen en agentia’ van naam te veranderen door het woord ‘micro’ tussen haakjes te plaatsen.