Publicaties

Inschaling van werkzaamheden met alpha-synucleïne

Adviezen | 01.05.2015 | CGM/150501-05

De COGEM is gevraagd te adviseren over de mogelijke risico’s van ggo-werkzaamheden met het eiwit alpha-synucleïne en de inperkende maatregelen die nodig zijn deze potentiële risico’s te minimaliseren.
Het alpha-synucleïne is een eiwit dat betrokken is bij de signaaloverdracht tussen zenuwen in gewervelde dieren. Onder specifieke condities kan dit eiwit een andere structuur aannemen en gaan samenklonteren. Dit wordt in verband gebracht met het ontstaan van de ziekte van Parkinson. In de wetenschappelijke literatuur is beschreven dat deze ziekte van dier-op-dier en van mens-op-dier overdraagbaar is na experimentele blootstelling aan samengeklonterde alpha-synucleïne structuren. De COGEM is van mening dat de wetenschappelijke kennis op dit moment onvoldoende is om met zekerheid uitspraken te doen over de natuurlijke overdraagbaarheid. Zij beschouwt het alpha-synucleïne derhalve op basis van het voorzichtigheidsprincipe vooralsnog als schadelijke genproduct totdat wetenschappelijke onderzoek meer duidelijkheid geeft over de aard van dit eiwit.
Gebaseerd op deze kwalificatie van alpha-synucleïne adviseert de COGEM de in vitro werkzaamheden met coderende sequenties voor endogeen of mutant alpha-synucleïne op ML-II inperkingsniveau, en in vivo werkzaamheden met muizen die transgeen zijn voor alpha-synucleïne op DM-II inperkingsniveau in te schalen. Tevens adviseert zij hierbij enkele aanvullende voorschriften te hanteren.
Tot slot signaleert de COGEM dat genoemde inperkende maatregelen mogelijk ook voor ggo-werkzaamheden met enkele andere aggregerende eiwitten van toepassing zijn. Zij zal IenM hier in een later stadium nader over adviseren.
 

Download publicatie