Publicaties

Klinische studie met een conditioneel-replicerende adenovirale vector als aanvullende behandeling van slokdarmkanker

Adviezen | 29.05.2024 | CGM/240529-02

De COGEM is verzocht te adviseren over een klinische studie waarbij een zogenaamde conditioneel-replicerende adenovirale vector wordt toegediend aan patiënten met slokdarmkanker. De vector wordt direct in de slokdarmtumor geïnjecteerd. De risico’s die bij deze klinische studie eventueel kunnen optreden hebben betrekking op de pathogeniteit van de vector, de kans op uitscheiding (‘shedding’) van het ggo en de kans op recombinatie met wildtype adenovirussen.
De vector is gebaseerd op wildtype humaan adenovirus 5. In de vector zijn drie modificaties aangebracht waardoor de vector alleen repliceert in delende cellen, kankercellen met een hogere efficiëntie geïnfecteert worden, de vector sneller vrijkomt uit geïnfecteerde cellen en de vector naar verwachting sneller herkend wordt door het immuunsysteem. Gezien de aard van het ggo is de COGEM van oordeel dat het verzwakt is ten opzichte van het oudervirus.
In theorie kan het gg-virus zich vanuit de patiënt in het milieu verspreiden en derden infecteren. Echter, het gg-virus kan niet effectief repliceren buiten de tumorcellen en zal snel door het afweersysteem onschadelijk gemaakt worden. Daarnaast acht de COGEM de risico’s van verspreiding verwaarloosbaar klein gezien het verzwakte karakter, de manier van toediening en de extra genomen voorzorgsmaatregelen. In het geval van een ‘worst-case’ scenario waarbij recombinatie van het ggo met een wildtype adenovirus optreedt, zou dit theoretisch kunnen leiden tot de vorming van een replicerend adenovirus met een verhoogd celtropisme. Of de risico’s van een infectie met een dergelijk virus groter zijn dan van een infectie met een wildtype adenovirus, is moeilijk te voorspellen. Echter, de COGEM acht de kans op co-infectie en vervolgens recombinatie met inachtneming van de extra maatregelen verwaarloosbaar klein.
Op basis van bovenstaande gegevens is de COGEM van oordeel dat de milieurisico’s verbonden aan deze klinische studie met een conditioneel-replicerend humaan adenovirus verwaarloosbaar klein zijn.

Download publicatie