Publicaties

Teelt genetisch gemodificeerde aardappel AV43-6-G7

Adviezen | 31.03.2011 | CGM/110330-01

De COGEM is gevraagd te adviseren over de mogelijke milieurisico’s van teelt, import en verwerking van de genetisch gemodificeerde aardappel AV43-6-G7. Deze aardappel bevat een modificatie waardoor er nauwelijks amylose en hoofdzakelijk amylopectine wordt gevormd.
Voor zijn verspreiding en overleving maakt de aardappel gebruik van zaden en knollen. De aardappel kan in Nederland niet uitkruisen naar wilde verwanten. De aardappel kan wel uitkruisen naar andere aardappelrassen, maar slechts in beperkte mate en alleen over korte afstanden. Opslag uit zaad heeft in de normale landbouwkundige praktijk een lage concurrentiekracht ten opzichte van andere gewassen. De gevormde plantjes zijn klein en zwak en over het algemeen niet in staat zich in een opvolgend gewas te handhaven en knollen te vormen. Aardappelknollen zijn vorstgevoelig en eventuele opslag uit knollen wordt evenals zaailingen in het kader van de verplichte bestrijding van Phytophthora infestans vernietigd.
Er zijn geen redenen om aan te nemen dat expressie van het geïnserteerde gen het verwilderingspotentieel van de aardappel vergroot. De COGEM is van mening dat moleculaire karakterisatie van de aardappellijn aan alle eisen voldoet.
Gezien het bovenstaande heeft de COGEM geen bezwaar tegen teelt van aardappel AV43-6-G7 en acht zij de risico’s voor mens en milieu verwaarloosbaar klein.

Download publicatie