Vervolgadvies over vergunningaanvraag voor klinische studie met genetisch gemodificeerd Salmonella Typhi T21a
Naar aanleiding van een advies (CGM/190116-01) dat de COGEM heeft uitgebracht over een vergunningaanvraag voor een klinische studie met genetisch gemodificeerd Salmonella Typhi T21a (VXM01) bij patiënten met glioblastoma multiforme, zijn door het Bureau GGO aanvullende vragen gesteld. Deze vragen betreffen de noodzaak van aanvullende voorzorgsmaatregelen, waaronder de uitsluiting van zogenaamde asymptomatische salmonella dragers.
In de betreffende studie wordt gebruik gemaakt van een genetisch gemodificeerde Salmonella Typhi Ty21a stam (VXM01), die humaan vasculaire endotheliale groeifactor receptor 2 (VEGFR-2) tot expressie brengt. Dit gen is gelegen op een plasmide en staat onder de controle van een eukaryote promoter.
VXM01 kan korte tijd in het milieu overleven. Bovendien kan niet uitgesloten worden dat infectie met VMX01 tot nadelige effecten leidt. Daarom is de COGEM van oordeel dat aanvullende hygiënische maatregelen genomen moeten worden om mogelijk met VXM01 besmet braaksel op te ruimen en te desinfecteren. Verder kan eventuele overdracht van het expressieplasmide van de apathogene Salmonella Typhi T21a stam naar wildtype Salmonella risico’s voor mens en milieu met zich meebrengen. De COGEM adviseert daarom om patiënten met actieve Salmonella-infecties, patiënten die recent een Salmonella-infectie hebben ondergaan en patiënten waarvan bekend is dat ze asymptomatisch geïnfecteerd zijn met Salmonella, uit te sluiten van deelname aan de studie.