Publicaties

Cultivation of genetically modified maize line 59122

Adviezen | 07.02.2008 | 080207-02

De COGEM is gevraagd opnieuw te adviseren over de vergunningaanvraag voor de teelt van de genetisch gemodificeerde maïslijn 59122 naar aanleiding van de beantwoording van een aantal vragen die de COGEM in het voorgaande advies stelde.
Door introductie van het cry34Ab1 gen en het cry35Ab1 gen afkomstig uit Bacillus thuringiensis is de maïs resistent voor bepaalde insecten uit de orde van de Coleoptera, waaronder de maïswortelkever (Diabrotica spp.). De genen cry34Ab1 en cry35Ab1 hebben een onderling versterkend effect. Daarnaast is maïslijn 59122 door de introductie van het pat gen tolerant voor herbiciden met als werkzame stof glufosinaat-ammonium.
De COGEM kwam eerder tot de conclusie dat de gegevens betreffende de effecten op niet-doelwitorganismen onvoldoende waren. Naar aanleiding hiervan zijn een aantal vragen opgesteld en is de aanvrager verzocht om aanvullende gegevens te overleggen. De vragen hadden betrekking op de statistische betekenis van een aantal laboratoriumtesten, de relevantie van de geteste niet-doelwitorganismen en de methodologie van de veldproeven. De aanvrager heeft de resultaten van twee nieuwe veldstudies aangeleverd en een aantal bestaande gegevens opnieuw geanalyseerd.
De COGEM is op basis van deze nieuwe gegevens van mening dat de risico’s voor mens en milieu bij de teelt van maïslijn 59122 verwaarloosbaar klein zijn, onder voorbehoud dat bij de monitoring extra aandacht wordt besteed aan Europese lieveheersbeestjes en verwante kevers .
 

Download publicatie