Publicaties

Classificatie van Bungowannah virus en inschaling van werkzaamheden met genetisch gemodificeerd Bungowannah virus

Adviezen | 31.03.2016 | CGM/160331-01

De COGEM is gevraagd te adviseren over de classificatie van het Bungowannah virus. Ook is de COGEM gevraagd te adviseren over de inschaling van werkzaamheden met genetisch gemodificeerd (gg-) Bovine viral diarrhea virus 1 (BVDV-1) dat coderende sequenties van oppervlakte-eiwitten van het Bungowannah virus, al dan niet in combinatie met het Bovine viral diarrhea virus 2 (BVDV-2), bevat.

Het Bungowannah virus kan bij drachtige zeugen tot abortus leiden en bij foetussen en pasgeboren biggen ontsteking van de hartspier veroorzaken. Het virus is niet pathogeen voor de mens. Er zijn geen geneesmiddelen of vaccins tegen het virus beschikbaar. Het is niet aannemelijk dat het virus enzoötisch is in Nederland. Op dit moment is het niet bekend wat het verspreidingspotentieel van het virus is. Gezien de ernst van het ziektebeeld, de onbekendheid met de efficiëntie van verspreiding van het virus, de afwezigheid van therapie en het feit dat snelle monitoring bij een uitbraak niet mogelijk is, adviseert de COGEM het Bungowannah virus als strikt dierpathogeen in te delen in pathogeniteitsklasse 3.

Op basis van literatuurgegevens is de COGEM van mening dat de geproduceerde gg-virussen verzwakt zullen zijn ten opzichte van wildtype BVDV. De COGEM adviseert daarom de in vitro werkzaamheden met gg-BVDV-1 in te schalen op ML-II niveau en de handelingen met gg-BVDV-1 in associatie met runderen in te schalen op DM-II niveau. Om mogelijke uitsleep van gg-BVDV-1 te voorkomen, adviseert de COGEM op beide inperkingsniveaus enkele aanvullende werkvoorschriften in acht te nemen.

Op genoemde inperkingsniveaus en onder navolging van de aanvullende werkvoorschriften acht de COGEM de risico’s van de voorgenomen werkzaamheden voor mens en milieu verwaarloosbaar klein.

Download publicatie