Advies Inschaling co-infectiewerkzaamheden met gg-bofvirus en -mazelenvirus

De COGEM is gevraagd te adviseren over de inschaling van werkzaamheden met genetisch gemodificeerd (gg-)bofvirus en gg-mazelenvirus. De normale (wildtype) bof- en mazelenvirussen zijn ingedeeld in pathogeniteitsklasse 2. De twee gg-virussen in deze aanvraag zijn gebaseerd op verzwakte vaccinstammen die ook worden gebruikt in het huidige vaccin tegen de bof, mazelen en rodehond (BMR) dat sinds 1987 onderdeel uitmaakt van het Rijksvaccinatie­programma. Beide gg-virussen zullen reporter- of markergenen tot expressie brengen. De aanvrager is voornemens om cellen tegelijkertijd te infecteren (co-infectie) met gg-bofvirus en gg-mazelenvirus en wil deze werkzaamheden uitvoeren op ML-II.
Tijdens de co-infectiewerkzaamheden zouden twee virussen in theorie genen kunnen uitwisselen (recombinatie), waardoor er mogelijk een ziekteverwekkender virus zou kunnen ontstaan. De verzwakte vaccinstammen van het bof- en mazelenvirus worden al decennialang over de hele wereld samen toegediend via het BMR-vaccin. Dit vaccin kent een lange historie van veilig gebruik. Er zijn geen gevallen bekend waarbij bof- en mazelenvirussen recombineren.
De COGEM is van oordeel dat de kans op het ontstaan van een recombinant virus tijdens de voorgenomen werkzaamheden verwaarloosbaar klein is en is van oordeel dat de risico’s voor mens en milieu bij de voorgenomen werkzaamheden op ML-II inperkingsniveau verwaarloosbaar klein zijn.