Publicaties

Handelingen met lentivirale getransduceerde zoogdiercellen in een ruimte zonder inperking

Adviezen | 09.03.2005 | 050309-01

De COGEM is gevraagd te adviseren over werkzaamheden met zoogdiercellen waarin een genetisch gemodificeerd virus (lentivirale vector) is gebracht. Het doel van het onderzoek is om de ontwikkeling en fysiologie van hartspierweefsel te bestuderen. De aanvrager is reeds in het bezit van een vergunning voor werkzaamheden met deze cellen in een ML-II laboratorium. De voorgenomen elektrofysiologische metingen en werkzaamheden met de microscoop kunnen om praktische redenen niet in dit laboratorium uitgevoerd worden. De aanvrager heeft daarom verzocht de werkzaamheden te mogen uitvoeren in een ruimte die niet gekwalificeerd is voor werkzaamheden met genetisch gemodificeerde organismen (buiten inperking). De zoogdiercellen worden onder inperking zes dagen gekweekt en minimaal tweemaal gewassen. Tijdens de kweek halveert de hoeveelheid overgebleven virus elke tien uur, zodat de hoeveelheid gg-virus is gereduceerd tot niet detecteerbare hoeveelheden. Hiernaast zullen de cellen tweemaal een trypsine behandeling ondergaan waarmee eventueel nog aanwezige lentivirale deeltjes worden geïnactiveerd. Bij het experiment dat plaatsvindt buiten inperking wordt gebruik gemaakt van gesloten kweekschaaltjes waardoor de kans dat eventueel aanwezige actieve virusdeeltjes vrij komen in het milieu uiterst gering is. Dit alles maakt het dat de COGEM, in dit specifieke geval, de risico’s voor mens en milieu, bij het uitvoeren van de experimenten buiten inperking, verwaarloosbaar klein acht.

Download publicatie