Comments on the European Food Safety Authority draft guidance on selection of comparators for the risk assessment of genetically modified plants
De risicoanalyse van genetisch gemodificeerde (gg) planten en de daarvan afgeleide voedselproducten omvat een vergelijkende analyse van de gg-plant en een correct gekozen ‘comparator’. Vanwege de toenemende gecompliceerdheid van gg-planten wordt het steeds moeilijker een ‘comparator’ te selecteren. Om die reden heeft de EFSA voor vergunningaanvragers een conceptrichtsnoer voor het kiezen van ‘comparators’ opgesteld.
De COGEM onderkent de moeilijkheden om tot een juiste ‘comparator’ keuze te kunnen komen en waardeert de poging van de EFSA om hiervoor een richtsnoer op te stellen. De COGEM gaat akkoord met het EFSA standpunt om als ‘comparator’ de niet gg-plantenlijn te kiezen die qua genetische achtergrond zo dicht mogelijk bij de te beoordelen gg-plant staat.
Echter, de leesbaarheid van het conceptrichtsnoer kan verbeterd worden. Daarbij merkt de COGEM op dat het EFSA document onvoldoende inzicht biedt in de plantengenetica, die een belangrijke rol speelt indien door middel van uitkruising verkregen nakomelingen tot ‘comparator’ worden verkozen. Daarnaast is de COGEM van mening dat voor enkele situaties waarbij stapeling van transgenen in de plantenlijn heeft plaatsgevonden, het onnodig is om risicoanalyses van gg-planten, waarin sub-combinaties van deze transgenen aanwezig zijn, te vragen. Tevens begrijpt de COGEM niet waarom bij de risicoanalyse van plantenlijnen met meerdere transgenen, ook de risicoanalyse vereist wordt van de plantenlijnen waarin het enkele transgen aanwezig is, indien deze ‘enkele’ lijnen niet voor teelt of import toegepast zullen worden.