Publicaties

Toepassingen van oligonucleotiden: effecten en potentiële genoomveranderingen

Adviezen | 07.07.2005 | 050707-02

Oligonucleotiden zijn korte RNA en/of DNA stukjes die toegediend kunnen worden aan mensen, dieren of planten om processen in de cel te reguleren. Oligonucleotiden kunnen afhankelijk van de samenstelling binden aan DNA, RNA of eiwitten, waardoor de expressie van genen gereguleerd of de sequentievolgorde in het DNA veranderd kan worden. De COGEM is gevraagd om de toepassingen van oligonucleotiden in kaart te brengen die, bedoeld of onbedoeld, kunnen leiden tot genetische modificatie van cellen.Tot de oligonucleotiden die bedoeld een interactie aangaan met DNA behoren chimeraplastie-oligonucleotiden, chemisch gemodificeerde enkelstrengs DNA oligonucleotiden, niet-gemodificeerde enkelstrengs DNA oligonucleotiden, ‘branched’ oligonucleotiden, ‘triple helix forming’ oligonucleotiden en integrerende recombinant dubbelstrengs DNA oligonucleotiden. De COGEM is van mening dat dergelijke oligonucleotiden kunnen leiden tot sequentieveranderingen in het genoom, waarbij een zeer kleine kans bestaat dat ook onbedoelde sequentiemodificaties geïnduceerd worden. Daarnaast zijn er oligonucleotiden die een interactie aangaan met RNA of eiwitten, zoals antisense RNA oligonucleotiden, siRNA, CpG oligonucleotiden, eiwitbindende oligonucleotiden en aptameren. De COGEM is van mening dat de kans dat sequentieveranderingen in het genoom geïnduceerd worden door deze groep oligonucleotiden verwaarloosbaar klein is.

Download publicatie