Publicaties

Kleinschalige veldproef met Phytophthora infestans resistente gg-aardappelen

Adviezen | 28.01.2013 | CGM/130128-01

De COGEM is verzocht te adviseren over de milieurisico’s van een kleinschalige (categorie 1) veldproef met genetisch gemodificeerde aardappelplanten (Solanum tuberosum). Als gevolg van de genetische modificatie zullen de gg-planten (meer) resistent zijn tegen de pathogene oömyceet Phytophthora infestans, de veroorzaker van de aardappelziekte.
De COGEM is van mening dat aan de criteria voor een categorie 1 veldproef wordt voldaan. Daarnaast komen er in Nederland geen wilde verwante soorten voor waarmee aardappel kan uitkruisen. Aardappel is hoofdzakelijk een zelfbestuiver, maar kruisbestuiving kan ook plaatsvinden. De gg-aardappel zou hierdoor over korte afstanden met andere cultuurrassen kunnen kruisen. Aardappelzaad is normaal gesproken niet van agronomische betekenis, omdat bij de vermeerdering pootaardappelen worden gebruikt in plaats van zaden. Aardappelknollen zijn vorstgevoelig en zullen de Nederlandse winter gewoonlijk niet overleven. Aardappel kan in Nederland niet verwilderen. In theorie zou een verhoogde resistentie tegen P. infestans kunnen bijdragen aan het verwilderingspotentieel. In de praktijk zal er echter geen verwildering kunnen optreden, omdat opslagplanten in het kader van de verplichte bestrijding van de schimmelziekte Phytophthora infestans voor de bloei verwijderd worden. Tevens dient er te worden gecontroleerd op opslag tot één jaar na het laatste jaar dat opslag is waargenomen. Ook deze opslagplanten moeten voor de bloei verwijderd worden.
Gezien het bovenstaande is de COGEM van mening dat de risico’s voor mens en milieu van in de aanvraag beschreven werkzaamheden verwaarloosbaar klein zijn.
 

Download publicatie