Cultivation of genetically modified sugar beet H7-1
De COGEM is gevraagd om te adviseren over de mogelijke milieurisico’s van de teelt van de genetisch gemodificeerde H7-1 suikerbiet. De H7-1 suikerbiet brengt het cp4 epsps gen tot expressie en is daardoor tolerant voor glyfosaat bevattende herbiciden.
Op een akker kan suikerbiet opslagplanten vormen, maar de kans dat buiten de akker opslagplanten worden gevormd is zeer klein. Er zijn geen aanwijzingen dat suikerbiet buiten de akker wilde populaties vormt. Ook zijn er geen redenen om aan te nemen dat glyfosaattolerantie onder natuurlijke omstandigheden de fitness of het verwilderingspotentieel van suikerbiet H7-1 vergroot.
Suikerbiet kan kruisen met andere geteelde bietensoorten en met de wilde zeebiet. Het is daardoor niet uitgesloten dat door uitkruising ook planten van andere bietensoorten tolerant worden voor glyfosaat. Ook is het mogelijk dat glyfosaattolerante onkruidbieten ontstaan.
Glyfosaattolerantie levert in een natuurlijke omgeving echter geen selectief voordeel op. Daarnaast zijn er andere herbiciden beschikbaar die gebruikt kunnen worden om glyfosaattolerante bietensoorten te bestrijden.
Het dossier behorend bij de vergunningaanvraag voor teelt van suikerbiet H7-1 is in de ogen van de COGEM onvolledig. De moleculaire karakterisering van de H7-1 suikerbiet kent tekortkomingen. Ook moet het General Surveillance plan verbeterd worden.
Concluderend is de COGEM van mening dat het dossier onvolledig is en dat de openstaande vragen beantwoord moeten worden voordat er door de bevoegde autoriteiten een besluit genomen kan worden over de toelating van de H7-1 suikerbiet voor teelt.